
Goeie dagen, slechte dagen, we kennen ze allemaal. Vraag blijft: wat is er positief voor de ene en wat wordt er negatief ervaren door de andere?
Als een gewoon iemand, zonder psychische kronkels een slechte dag heeft, kan die zich een beetje down voelen ten gevolge van bijvoorbeeld de lange donkere koude dagen en heeft ie de alom gekende winterblues. Blijdschap omdat je vriend of vriendin je heeft verrast met een leuk kado vindt iedereen wel geweldig. Voor bipolairen liggen die grenzen soms verschrikkelijk ver uit elkaar. Die hoogtes en laagtes zijn voor mezelf af en toe enorm hoge pieken of duizelingwekkende dalen.
Wat ik al enkele keren duidelijk heb gemaakt in mijn blog, is dat ik spreek uit mijn eigen bipolaire belevenissen met een nooit stilvallend, hyperkinetische en ‘de weg in het leven zoekend’ brein.
Iedere dag tuur ik mijn mentale horizon af. Misschien kan ik op die manier verraderlijk boosaardige valkuilen ontdekken en vervolgens uitpluizen hoe ik die het best kan omzeilen. Ik ga die vooral uit de weg omdat de confrontatie met mijn demonen niet altijd verstandelijk bestreden kan worden. Er is namelijk een groot verschil tussen een doordachte handeling of een psychische benadering. Het is niet omdat ik ondertussen al enkele triggers van ver zie opduiken, dat ik ze met een zekere beredeneerdheid kan benaderen om niet in de val te trappen en er onderdoor te gaan.
Druk rondkijkend, onderzoekend, snuffel ik voorzichtig aan de wereld ver en nabij. Mijn getrainde voelsprieten registreren kleuren en aanrakingen, klanken, smaken en geuren. Elke sensatie wordt geanalyseerd en in grove stukken gehakt. Vervolgens komt de fijnere vivisectie. Hier kerf ik mezelf door emoties, indrukken en ervaringen. Wat natuurlijk resulteert in een subjectieve interpretatie, met een zelf geregisseerd verhaal in mijn hoofd. Punt is dat ik alleen maar kan registreren en de legpuzzel trachten af te maken door alles op de juiste plek te leggen. Alleen op deze manier kan ik bepaalde dingen in mijn kleine psychische wereld aan.
Het lastige van mijn bipolariteit is dat ik niet elke keer weet hoe morgen zich gaat aandienen. Vaak verlopen de dagen weken en maanden zacht kabbelend zoals bij de meesten onder ons. Plots kan het echter drastisch omslaan als een bliksemschicht bij heldere hemel. Zowel de ene als de andere kant uit. Die positieve uitschieters vind ik logischerwijs verrukkelijk. Mijn creativiteit gaat uit het dak. Ik speel gitaar, neem muziek op. Lees drie boeken tegelijk. Mijn nooit aflatende bedenkingen vinden hun weg naar mijn digitale pen. Ben veel minder snel moe en ik kan de wereld aan.
En toch…
Toch kan het helemaal de andere kant omslaan. Tijdens die korte en jammer genoeg ook langere periodes gaat het helemaal niet goed met me. Als een angstig spichtig wezen tracht ik me door de veel te lange dagen te slepen, hopend dat ik al op de bodem ben beland van de zoveelste negatieve periode. Die valkuilen brengen jammer genoeg ook bodemloze putten met zich mee. Dit resulteert dan in gigantisch donkere, uitzichtloze termijnen dat ik het allemaal niet meer alleen aankan. Dat is de reden geweest dat ik een kleine tien jaar geleden mezelf voor een lange tijd heb laten opnemen in een psychiatrisch ziekenhuis.
Want wat goed is voor de ene, is soms helemaal niet goed voor de andere. Onze jachtige maatschappij met alle leuke berichten via sociale media zijn niet altijd een reële weerspiegeling van de wereld. Blijf praten met je leraren, vrienden, familie en partners. Lukt zelfs dát niet, ga dan bij je huisarts langs om een doorverwijzing te krijgen voor specifieke hulp.
Vlaanderen heeft een van de hoogste zelfmoordcijfers van Europa. De oorzaak daarvan is niet helemaal duidelijk. Maar de cijfers bewijzen wel dat veel landgenoten, ook jongeren, geen uitweg meer zien voor hun problemen. Daarom is het belangrijk om meer over onze geestelijke gezondheid te praten.

