Beslissen doe je zelf

Acht december 2016 staat met sierlijke platina gouden letters in mijn geheugen gegrift als een onmisbaar relikwie.

Bruusk word ik zwetend wakker met een onduidelijk knagend  voorgevoel, neem een sigaret met koffie tijdens het dagelijks ochtendritueel en heb het vermoeden dat dit een memorabele dag met een verhaal wordt.
De douche is heet zoals ik het graag heb en vervolgens zie ik tijdens het scheren mijn te oude vermoeide gezicht in de spiegel, staar ik in die ogen waar al zo lang de glinstering uit verdwenen is en neem de al te lang uitgestelde beslissing: voel, denk, beslis, leef!

’s Ochtends rond zevenen stap ik de logistieke dienst van Brandweer Zone Antwerpen binnen, waar ik de laatste vier jaar een poging doe om mijn hoofd boven water te houden.

Zowel de collega’s op de werkvloer en de leidinggevenden trachten mijn schampere manier van werken zo goed mogelijk in goede banen te leiden. Zelfs de korpsdokter is op de hoogte van mijn opnames in de psychiatrie en heeft verslagen van al mijn psychologen, dokters, psychiaters en ze heeft mij al meermaals verdedigd waardoor ik de kans krijg om binnen het korps een andere functie te bekleden dan waarvoor ik opgeleid ben.
De luitenant die dienst klein materiaal runt – DKM zoals de mannen die in ploeg werken nog steeds zeggen- heeft vandaag iets anders in petto.
Met een harde blik en uitgestreken gezicht begroet hij mij zonder een hand te schudden. In zijn ogen zie ik een beslistheid die mij angst inboezemt; een gevoel dat mij de laatste jaren helemaal niet vreemd is. Hij komt mijn huiverig uitgestoken hand niet tegemoet en hierdoor ben ik ervan overtuigd dat er iets ernstig aan de hand is.
In een gesprek van ongeveer een uur kom ik tot de vaststelling dat hij, in samenspraak met de korpsarts, vindt dat ik me meer moet inspannen en integreren binnen de afdeling. Mocht dit niet lukken binnen afzienbare tijd, dan zoek ik het zelf maar uit.

De al zo zwakke grond verdwijnt plots helemaal onder mijn voeten vandaan en ik kan niets anders dan stamelen dat ik me niet lekker voel. Vervolgens verdwijn ik als een dief in de nacht uit de kazerne, ga naar huis en telefoneer als een bange wezel naar mijn psychiater.

Een half uur later ben ik in haar kabinet en vertel in horten en stoten wat er is gebeurd. Zoals gewoonlijk luistert de spichtige zielenknijper mij aan, krassend met haar pen op de meestal pastelkleurige A4’tjes om haar bevindingen te documenteren. Haar schorre, door een verkoudheid gevelde nasale stem vertelt me dat ik best even thuis blijf en ze geeft me een time- out van twee weken. Voor de zoveelste keer geef ik het op en zit ik in een negatieve denkspiraal. Mijn zelfvertrouwen krijgt alweer een knauw ga in de sofa liggen om aan niets proberen te denken. Niet aan de vrees om mijn vaste betrekking te verliezen, niet aan mijn falen om mee te draaien binnen het team, niet aan een roze olifant… maar waar denk je dan aan? Inderdaad, die roze olifant natuurlijk!

Plaats een reactie

search previous next tag category expand menu location phone mail time cart zoom edit close